augustus 2020
Tsja, wat was het warm eerder deze maand. Dat was even afzien. En ook voor wijn is hitte niet goed. Dus is het belangrijk om erop te letten waar je je wijn bewaart. Heb je een grote wijnvoorraad, dan geldt het volgende advies:
Idealiter bewaar je wijn op een plaats waar geen grote temperatuurschommelingen voorkomen, en dan bij voorkeur op een temperatuur van 10 – 15 graden (12 graden is het meest ideaal). Nu is dit in huis vrijwel niet te bewerkstelligen, tenzij je een kelder hebt. Aanschaf van een wijnklimaatkast is voor een wijnliefhebber zonder kelder eigenlijk geen overbodige luxe.
Wijn is er ook bij gebaat om ongestoord te liggen en niet steeds te worden verplaatst. Direct zonlicht is uit den boze – want vooral rode wijn kan daar enorm snel van opwarmen. Zo erg zelfs dat de kurken spontaan omhoog komen als het té warm is. Daarnaast beïnvloedt de zon ook nog eens de kleur van de wijn.
Om de kurken niet te laten uitdrogen, is een relatieve luchtvochtigheid van 55-75% noodzakelijk. Bij een te lage luchtvochtigheid zal een kurk op een gegeven moment zuurstof doorlaten, waardoor de wijn snel achteruit gaat.
Tenslotte is wijn gevoelig voor vreemde geuren. Alles wat sterk en penetrant ruikt moet niet in de buurt van wijn worden bewaard. Denk daarbij bijvoorbeeld aan potten verf, maar ook aan aardappels, uien en kruiden. De geuren kunnen namelijk door de kruk heen dringen, waardoor de smaak verandert. Zorg voor lichte ventilatie om muffe luchtjes te voorkomen.
Drink je de meeste wijn binnen een jaar na aankoop en is je wijnvoorraad klein, dan is het belangrijkste advies: bewaar de wijn niet té warm, zeker niet naast open haard, de verwarming of in direct zonlicht. En zorg er tijdens een hittegolf voor dat de wijn op het koelste plekje in huis ligt.
Terug naar wijnweetjes